Basisbegrippen

Inspiratie

2 nov. 2023

Waarom?

Er zijn veelgebruikte termen en begrippen in het skiën. Het is handig als je er een aantal kent. Ook bij het bekijken van je video-analyse en persoonlijk leerplan zul je deze begrippen tegenkomen. Synoniemen en vertalingen worden soms door elkaar gebruikt en dit kan verwarrend zijn. Dit overzicht is overigens niet volledig, voor het gemak starten we hier met een aantal veelgebruikte termen die je tegen kunt komen in technische informatie over skiën. 

Bergski en dalski:

Als er gesproken wordt over bergski en dalski, dan wordt vrijwel altijd de situatie bedoeld waarin een skiër bezig is met een bocht. De bergski is daarbij de hoogste ski, de ski die het dichtst bij de top van de helling is waarop je je bevindt. De dalski is de laagste ski, de ski die het dichtst bij het dal is van de helling waarop je je bevindt. In je bocht naar links is altijd je rechter ski de dalski en in je bocht naar rechts is altijd je linker ski de dalski. Zie ter verduidelijking onderstaande afbeelding. De bergski wordt ook wel de binnenski genoemd, deze ski neemt als het ware de binnenbocht. De dalski wordt ook wel de buitenski genoemd omdat deze als het ware de buitenbocht neemt. Op dezelfde manier als de dalski of de bergski wordt soms ook gesproken over de de dalschouder of de dalknie, enzovoorts. In onderstaande afbeelding raakt de skiester dus met haar berghand de piste.

De Pflug

Pflug, ploeg, snowplough, pizzapunt, er wordt steeds hetzelfde mee bedoeld: de wigvormige stand van de ski's waarbij de punt van de wig naar voren wijst. Het is de basisvorm voor de beginnende skiër en vanuit de ploeg kan geremd worden (ploegremmen) en er kunnen bochten gemaakt worden (ploegbochten). Hoe spitser de ploeg, hoe meer snelheid er toch nog gemaakt zal worden. Bij een grotere ploeg (ski-uiteinden verder uit elkaar) wordt er sterker geremd en kan er ook gestopt worden. In onderstaande foto zie je een kind experimenteren met de grootte van de ploeg en de eerste ploegbochten.

Parallel skiën

Parallel skiën gebeurt, in tegenstelling tot het skiën in de ploegvorm, met beide ski's parallel aan elkaar. Het is minder vermoeiend dan het skiën in ploegvorm en maakt het mogelijk om ook op steiler terrein beter uit de voeten te kunnen. Gedurende de bocht kunnen de ski's slippen (rutchen) of snijden (carven). Bij het rutchen schuiven de ski's in de bocht over de sneeuw, je ziet vaak ook dat er wat sneeuw opstuift in de bocht door het schuiven/slippen. Bij carven wordt de bocht volledig op de kanten van de ski's uitgestuurd en blijft er een strak tramspoor zichtbaar in de sneeuw, uitgesneden door de kanten van de ski's. Vaak zie je dat een skiër het eerste deel van de bocht slipt en vervolgens het tweede deel van de bocht beter op de kanten kan komen en een stuk kan carven.

Gerelateerde artikelen

Basisbegrippen

Inspiratie

2 nov. 2023

Waarom?

Er zijn veelgebruikte termen en begrippen in het skiën. Het is handig als je er een aantal kent. Ook bij het bekijken van je video-analyse en persoonlijk leerplan zul je deze begrippen tegenkomen. Synoniemen en vertalingen worden soms door elkaar gebruikt en dit kan verwarrend zijn. Dit overzicht is overigens niet volledig, voor het gemak starten we hier met een aantal veelgebruikte termen die je tegen kunt komen in technische informatie over skiën. 

Bergski en dalski:

Als er gesproken wordt over bergski en dalski, dan wordt vrijwel altijd de situatie bedoeld waarin een skiër bezig is met een bocht. De bergski is daarbij de hoogste ski, de ski die het dichtst bij de top van de helling is waarop je je bevindt. De dalski is de laagste ski, de ski die het dichtst bij het dal is van de helling waarop je je bevindt. In je bocht naar links is altijd je rechter ski de dalski en in je bocht naar rechts is altijd je linker ski de dalski. Zie ter verduidelijking onderstaande afbeelding. De bergski wordt ook wel de binnenski genoemd, deze ski neemt als het ware de binnenbocht. De dalski wordt ook wel de buitenski genoemd omdat deze als het ware de buitenbocht neemt. Op dezelfde manier als de dalski of de bergski wordt soms ook gesproken over de de dalschouder of de dalknie, enzovoorts. In onderstaande afbeelding raakt de skiester dus met haar berghand de piste.

De Pflug

Pflug, ploeg, snowplough, pizzapunt, er wordt steeds hetzelfde mee bedoeld: de wigvormige stand van de ski's waarbij de punt van de wig naar voren wijst. Het is de basisvorm voor de beginnende skiër en vanuit de ploeg kan geremd worden (ploegremmen) en er kunnen bochten gemaakt worden (ploegbochten). Hoe spitser de ploeg, hoe meer snelheid er toch nog gemaakt zal worden. Bij een grotere ploeg (ski-uiteinden verder uit elkaar) wordt er sterker geremd en kan er ook gestopt worden. In onderstaande foto zie je een kind experimenteren met de grootte van de ploeg en de eerste ploegbochten.

Parallel skiën

Parallel skiën gebeurt, in tegenstelling tot het skiën in de ploegvorm, met beide ski's parallel aan elkaar. Het is minder vermoeiend dan het skiën in ploegvorm en maakt het mogelijk om ook op steiler terrein beter uit de voeten te kunnen. Gedurende de bocht kunnen de ski's slippen (rutchen) of snijden (carven). Bij het rutchen schuiven de ski's in de bocht over de sneeuw, je ziet vaak ook dat er wat sneeuw opstuift in de bocht door het schuiven/slippen. Bij carven wordt de bocht volledig op de kanten van de ski's uitgestuurd en blijft er een strak tramspoor zichtbaar in de sneeuw, uitgesneden door de kanten van de ski's. Vaak zie je dat een skiër het eerste deel van de bocht slipt en vervolgens het tweede deel van de bocht beter op de kanten kan komen en een stuk kan carven.

Gerelateerde artikelen