Het einde van de skidag is daar. De dalafdaling is het laatste overgebleven obstakel tussen jou en de après ski. Enigszins vermoeid maar met met vertrouwen begin je aan de piste. Zodra je niet meer terug kunt blijkt de dalafdaling vandaag één groot plakkaat van buckels en losse hopen sneeuw te zijn... Wat nu?

Steilere pistes waar op dezelfde dag al veel skiërs afgekomen zijn raken op een gegeven moment uitgesleten omdat veel mensen dezelfde sporen volgen. Beetje bij beetje ontstaat in de loop van de dag een buckelpiste. Bij veel losse sneeuw op de piste treedt dit nog sneller op. Met de volgende tips kom je toch heelhuids beneden zónder de gondel te nemen: 

Technieken

1. Kijk vooruit en anticipeer.

Blijf niet naar de plek in de sneeuw kijken net voorbij de punten van je ski's, maar kijk bewust verder vooruit en houd al rekening met wat je ziet. Op het moment dat je om een bult heen skiet moet je eigenlijk al weten wat daarna komt anders word je erdoor verrast en loop je steeds achter de feiten aan.

2. Pas je snelheid naar beneden aan.

Er staat niemand met een stopwatch langs de kant. Ski in je eigen tempo en gun jezelf de tijd om tip 1 voor elkaar te krijgen. Zorg er echter wel voor dat je blijft skiën en dat je niet stil valt. Anders moet je telkens weer opnieuw opstarten met een eerste, lastige bocht. Een bocht maken vanuit de beweging van de vorige bocht gaat nu eenmaal gemakkelijker. Dus probeer toch te skiën met bochten die in elkaar overgaan.

3. Ski om de bulten heen.

Plaats je stokinzet in de bult en ski om de bult heen. De volgende bult kun je gebruiken om als het ware tegenaan te remmen. Op deze manier zoek je je spoor tussen de bulten.